Stopwol en lange onderbroeken

Jan en Marie kijken naar rechts en zien het pand van Vika dat ze net nog van de achterkant zagen. Marie wil nog even naar het winkeltje op nummer 675, schuin de weg over naar rechts. Hier verkopen ze manufacturen, wat groot staat aangegeven op het pand. De familie Brem heeft een ruim assortiment aan wol, knopen, lint, garen, band en dergelijke. Marie moet wol halen om te breien en om sokken te stoppen, weggooien is er niet bij. Wol wordt verkocht op de streng waar Marie dan thuis met haar moeder zelf bollen van maakt. De stopwol zit wel op kaartjes. Moeder koopt er ook haar (jas)schorten die ze altijd over haar kleding draagt om deze schoon te houden. Het schort is ook handig om de eieren in te stoppen als ze die uit het kippenhok haalt. Achter in de winkel ligt nachtkleding en ondergoed in de ladekast. Iedereen draagt een hemd, borstroken lange onderbroeken tegen de kou.“Jan, moet je kijken. Ze verkopen zelfs kant en klare sokken. O, wat zijn die duur! Ik brei ze mooi zelf.”